zondag 31 mei 2020

Woorden


Het alfabet
heeft met alles tussen a en z
heel wat woorden op de wereld gezet.
Sommige uit liefde
Sommige uit lust
Sommige voor de gegriefden
Sommige voor zij die voor het eerst zijn gekust.
Er zijn woorden die moorden
en zij die helpen dragen
exotische die verhalen van verre oorden
en korte die antwoorden op lastige vragen
Je hebt er die de grond in gaan
zoals ze zijn geboren,
en zij die uitgedragen, hun werk gedaan
ondertussen tot het verleden behoren.
Je hebt er die werken.
Zwakke en sterke.
En zij die zich samenstellen
en over de reden van hun delen vertellen.
Je hebt er die zich laten afleiden
en dan vaak tot hun tegendeel verglijden.
Velen zijn gelukkig zelfstandig
en daar voegen andere zich dan graag bij
en sommige helpen heel omstandig
andere woorden passen in de rij.
Woorden zijn mensen
naar hun evenbeeld gemaakt.
die eigenlijk maar een ding wensen
dat je het samen zinvol maakt.

zaterdag 30 mei 2020

LP

Ik heb een vriendin
en zij heeft er veel.
Wij hebben een verleden
dat ik graag met haar deel.
Ze heeft armen als dekens
een opgewektheid van staal.
Zelfs mijn vele hoofdbrekens
sust ze daarmee allemaal.
Er lijkt haar haast nooit iets teveel
op een vork kan altijd meer hooi
En als ik weer de onkundige speel
strijkt zij het voor mij in de plooi.
Ze is gul met een spiegelend hart
meer dan ik ooit heb verdiend.
Ze lijkt gewoon maar is zo apart.
Ik wens iedereen zo’n schone vriend.

vrijdag 29 mei 2020

Til

Soms wil ik de duiven buiten binnen vragen
en zeggen: wees welkom in jullie nieuwe til
Kies zelf maar wanneer je wenst op te dagen
en breng gerust andere mee zoveel je wil

Eet het weinige dat je hier en daar vindt
Scharrel vrij door alle lege kamers heen
Zoek je een plekje tegen regen en wind
En verplichtingen zijn er eigenlijk geen.

Tenzij één: breng voor mij buiten binnen
Verhaal mij over wat er in de straten leeft
Hoe de mensen steeds weer herbeginnen
aan hun cirkel die amper voldoening geeft.

Koer van de daken wat je ziet onderweg
Vertel me over jullie kijk op het mensdom
over lenteliefde en kleine putjes in de weg
over het leven waar ik niet meer toe om.

donderdag 28 mei 2020

Nieuwe ruiten

In de krullen van haar haren
In de monkel rond haar mond
laat zich de morgen openbaren
dat de vrouw tevoorschijn komt.
In het zwijgen voor het spreken
In het knipogen zoals een man
lijkt mijn meisje haast geweken
alsof tijd haar zomaar roven kan
In het dwarse van haar vragen
In de armen die mij omsluiten
voel ik nog vaag vervlogen dagen
maar ook nieuw geopende ruiten.

dinsdag 26 mei 2020

Welke gedachten


Welke gedachten streel je?
De naakte die een kind je toevertrouwde
of de furieuze die je koest wil houden?

Welke gedachten deel je?
De vele die behagen en bekoren
of de eigen waarmee je vrienden bent verloren?

Welke gedachten steel je?
De originele die eenzaam maken
of de dwaas sentimentele 
waarin we graag verstrikt geraken?

Welke gedachten
helpen je bij het trachten
trouw aan jezelf 
en toch gelukkig te zijn?
De grootst gemeen gedeelde
of de ongewilde mijn?

zondag 24 mei 2020

Ach nee


Weet jij misschien?
Ach nee, natuurlijk niet.
Wat jij en ik nu zien,
is onbekend gebied.

Denk jij dat?
Ach nee, wat zou het ook.
Jij en ik hebben veel gehad
voor al dit opdook.

Zullen we dan maar?
Ach nee, dat heeft geen zin.
Het is best zonneklaar
dit ongevraagd nieuw begin.

Wie weet ooit weer?
Ach nee, da’s geen goed idee.
We leren het elke keer
maar doen er weinig mee.

zaterdag 23 mei 2020

Vier hoog


Vier hoog en aan de grond
De zon schijnt als voorheen
Strooit vrolijk zout in elke wond
Geeft glans aan wat verdween

Vier hoog en zonder zicht
De lucht straalt bont en blauw
Schaduwen winnen aan gewicht
drijven perspectieven in het nauw

Vier hoog en blik naar omlaag
Wachtend tot de zondvloed komt
De druppels vallen tergend traag
en zijn als valse kansen vermomd

Vier hoog en vleugellam
De wind brengt oud zeer
Het geloven in wordt stram
Er komt geen ommekeer

vrijdag 22 mei 2020

Alleen in een bubbel

Alleen in een bubbel
hoor je het zwijgen
tel je de uren dubbel
zonder er vat op te krijgen.
Alleen vol gedachten
als doodlopende straten
zit je in stilte te wachten
en met jezelf te praten.
Alleen met vier muren
en niets dat nog hoeft
wil je brieven versturen
met als stempel bedroefd.
Alleen om te dragen
wat ooit evenwicht leek.
Zinnen worden vragen,
niets houdt nog steek.

zaterdag 2 mei 2020

Tienerkamer


Groen gebloemd behangpapier
en schaduwen onder het bed.
Slaapkamerdeuren op een kier
voor licht dat bange kinderen redt.

De geur van vers gesteven lakens
en het zuchtend kraken van de trap
Beneden verzet moeder moedig bakens
Al heeft het lot meer vingers in de pap

Rollende stenen kleuren alles zwart
Een neuzelende man vraagt hoe dat voelt
Ze zingen over hoe liefde krast in een hart
en hoe je met whisky verdriet wegspoelt.

Buiten steken de sterren zichzelf aan
en knorren de oude varkens in hun stal.
Er zit al even geen mannetje meer in de maan.
Maar er is nog zoveel moois dat komen zal.

De ogen gaan toe en het licht gaat uit.
De dag voegt zich bij het verleden.
Maar als ik op een foto van mijn moeder stuit
kan ik die kamer in mezelf zo weer betreden.