De lucht hapt naar adem
De aarde zit aan
de grond
Met z’n allen op een
vadem
en een doekje
voor de mond.
Neerslag valt in
het water
Het vuur verliest
zijn elan
De toekomst is
voor later
Nous sommes en
attendant
De morgen wil
niet krieken
De tunnel zoekt
naar licht
Uit angst voor al
die pieken
zijn we
binnenwaarts gericht
Maar de zorgen
zullen baren
en de wind neemt
alles mee
Hoe blind we nu ook
varen
Geen opmerkingen:
Een reactie posten