vrijdag 23 december 2016

Het zit 'm

Het zit ‘m in de dingen
vaak klein en nutteloos
en in het samen zingen
van krachtig over broos


Het zit ‘m in het kijken
in hoe de blik zich richt
of duisternis zal wijken
voor ‘t aarzelende licht

Het zit ‘m soms in hertalen
van de gelezen werkelijkheid
en de prioriteiten herschalen
ter herovering van de tijd

Het zit ’m ook in de kinderen
door hen spiegels te laten zijn
in kwetsbaar durven vlinderen
over je eigen verboden lijn

Het zit ‘m in de eenvoud
in het delen van de dagen
met hen van wie je houdt
die om jouw warmte vragen

Het zit ‘m in een hoekje
dat hoekje is zelden leeg
Dus bak dagelijks je koekje
van jouw allerbeste deeg.

maandag 19 december 2016

Verstilling



De tijd woelt in het water
De wind waait in mijn kind
Ik droom onszelf een later
dat oud met nieuw verbindt

Onze lichaamstaal staat er
omarmt de stilte als vriend
Echte liefde is geen prater
het is op de tast tot je vindt

Tussen geruis en geklater
is er vrede in ons die spint
Ons spiegelbeeld baadt er
Da’s hoe geluk klein begint

dinsdag 29 november 2016

Gedichten

Gedichten
zijn gedichte
gedachten
die het leven
verzachten
en de blik
verscherpen
door het alom
verwachte
omver te
werpen
met wijze
schoonheid
die zo
ontwricht
dat de kloof
tussen
hoofd
en hart
wordt
gedicht.

vrijdag 25 november 2016

Onder geliefden



Ik zit gestraft
in je ooghoek
als een kind
afgeblaft
en uit je
blikveld
gegooid.

Dat is
hoe het voelt,
waar mijn verdriet
zich op stoelt.

Maar jij zucht
Lief toch,
zo was het
echt niet
bedoeld
Ik ben
gewoon op
moe en
verstrooid.

Waar ik zat
zit nu een traan
terwijl ik mezelf
voor het hoofd
wil slaan.

dinsdag 22 november 2016

Syriƫ



Grijs stof dwarrelt neer
boven op al het vorige
Stilte gaat rauw tekeer
tegen vele hardhorigen

Alles moet finaal kapot
wat in hoop is gebouwd
Destructie tot op het bot
oorlogswonden vol zout

Vaders doden er vaders
en moeders met hun kind
Elkanders landverraders
hoewel ooit gelijkgezind

Vele leiders lachen schuin
hebben baat bij deze twist
Een kind overleeft het puin
maar weet zichzelf uitgewist

Zo dwarrelt het grijze stof
elke dag maar laagjes bij
Ze maakt kinderblikken dof
en verdoezelt de echte averij.

vrijdag 18 november 2016

Zwerflust



Op het wegdek in de lucht
razen wolken onbestemd
Ganzen vieren hun vlucht
Vogels vrij en ongetemd

Wind speelt in de bomen
jaagt leven door het dal
Bloed gaat harder stromen
nu het hevig stormen zal

Zo ontwaakt iets ongeblust
honger nauwelijks verholen
Mijn aangeboren zwerflust
de lust om te gaan dolen

De wegen spiegelen nat
de grijsheid van de dagen
De regen valt op elk pad
van zij die zich buiten wagen

De zon schijnt vaal verlegen
legt melancholie in de goot
Nevel aan velden ontstegen
kleurt zonsopgangen rood

Zo ontwaakt iets ongeblust
honger nauwelijks verholen
Mijn aangeboren zwerflust
de lust om te gaan dolen

De herfst lokt mij van huis
weg van vrouw en haard
Burgerlijkheid laat ik thuis
tot de lucht is opgeklaard.

woensdag 16 november 2016

Elk ons deel



We wachtten uren in de sneeuw
op een bus die maar niet kwam
Zout was toen iets voor patatten
ons dorp lag dus voor dagen lam

We likten lusteloos de vlokken
onder mutsen van paars en wit
In de verte klakten doffe klokken
als een klapperend oud gebit

Hier was het koud maar thuis kil
zodat we roerloos bleven staan
Toen de avond viel, plots en stil
weigerden we huiswaarts te gaan

De sneeuw dekte mild alles toe
troostte ons met onzichtbaarheid
We waren allebei de ruzies moe
Die wolken boven ons kindertijd

Verstild stonden wij daar als beeld
hand in hand, weer helemaal heel
De dooi heeft ons terug opgedeeld
Jij en ik, broer, kregen elk ons deel.

zaterdag 5 november 2016

Boekenband

Ik boek mezelf graag boeken
stille plezierreizen in de tijd
een vinden zonder zoeken
weg van tegenwoordigheid


Ik taal om trage verhalen
vol zinnen met een punt
met mensen die verdwalen
en catharsis wordt gegund

Ik romantiseer de romans
als zalf op mijn misantropie
de troostende woordendans
langs de randen van utopie

Ik verdwijn in verhaallijnen
om te wandelen in de waan
dat er wijsheden verschijnen
die me mezelf doen verstaan.

zondag 30 oktober 2016

Notenboom

In onze wittebroodsjaren
halverwege het gazon
liet iets zich openbaren
in de zachte avondzon


Een onooglijk smalle stam
Ć©Ć©n blaadje aan een tak
Onbekend hoe hij daar kwam
maar hij stond op zijn gemak

Hij leek uit het niets gezaaid
Hij vond zichzelf een feit
Telkens hij werd weggemaaid
begon hij een nieuwe strijd

Ondergronds rechtte hij zijn rug
klaar om in vervulling te gaan
Elk voorjaar kwam hij dan terug
in de hoop er nu te mogen staan

Nooit heeft hij Ć©Ć©n noot gedragen
maar hij had er veel op zijn zang
Hij bleef voluit zijn kansen wagen
heel onze wittebroodsjaren lang

Vreemd hoe dit stukje natuur
dat ik keer op keer heb gedood
dankzij een volharding zo puur
toch in mij alsnog wortel schoot.

dinsdag 11 oktober 2016

Grootvader



Op de bank
van vermolmd hout
aanschouwt hij
de winterbedden
met geknakte prei,
de uitdroogde uienrij
al lang niet meer te redden

Op de bank
langs het tuinpad
bad hij ooit
dat het zaad zo
teder gestrooid
ontluiken zou
in tuin en vrouw.
Hij vond zijn beden
ongehoord verhoord.
 
Op de bank
werd gelachen.
Gehuild. In de armen
van vader geschuild
Woorden gewisseld.
Verzwegen. Gezwegen.
Plannen bedisseld
voor de zonneschijn
na de regen.

Achter de bank
de serre met tomaten
waar we de tijd vergaten
lezend in de najaarszon
of onze eigen
verveling maten
aan het druppelen
in de regenton
terwijl hij zoveel
lamlendigheid
niet begrijpen kon

Op de bank
van vermolmd hout
aanschouwt hij nu
de winterbedden
met geknakte prei
en wacht
op het vallen
van de duiven
de avond
het laatste gordijn
dat toe begint te schuiven
Hij wacht en verlangt
terug bij haar te kunnen zijn.