Een ekster wandelt door de tuin
en pikt de pieren uit mijn grond
Hij houdt zijn hoofd even schuin
en bezorgt mij een open mond
Hoe ziet hij wat ik niet kan zien
malse weelde voor een vogelbek
Kijkt hij met zijn gevoel misschien
is dat net de mens zijn blinde vlek
We lezen niet onder het oppervlak
enkel het gebroken licht in ons oog
De ekster grijnst nu vanop zijn tak
wie voert er met de wereld dialoog?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten