De zomer hing loom in haar hogedrukgebied
en de wind had zichzelf dromerig weggewaaid
In die lome hitte was nooit het wonder geschied
als de jongen zich niet naar de zon had omgedraaid
Gezeten op de hoogste robuuste tak van de notenboom
zag hij een meisjessilhouet in de nok van het rode dak
In een zee van blauw vormden ze een levend palindroom
en wisselden daar hoog harten uit zonder dat er eentje brak
Samen zijn ze toen het mierennest op de grond ontvlucht
Voor een leven van daken en bomen dat wel kon bekoren
Gelukkig en blozend zochten ze hun weg in de open lucht
en trouwden volledig gepast bovenaan in de kerktoren.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten