Gedoken in een deken
kijk ik door het winterraam
De weken die verstreken
dragen allemaal je naam
De lente wil niet komen
de noorderwind die snijdt
en rond al te naakte bomen
ligt een mager sneeuwtapijt
De wereld lijkt te wachten
tot je voor mijn ogen smelt
Maar ik hou je in gedachten
ben nog lang niet uitverteld.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten